04 augustus, 2016

TjifTjaf

De Tjiftjaf lijkt sprekend op de Fitis, maar heeft zwarte pootjes. Hoewel Tjiftjaf op de Fitis lijkt, is de zang en de roep erg verschillend. De Tjiftjaf roept zijn eigen naam tjif-tjif-tjaf . De tjif zingt hij hoog en de tjaf zingt hij laag. Hij herhaalt dit eindeloos. Tussendoor is vaak een zacht prr-prr te horen. De roep, klinkt als een eenlettergrepig wiet (de fitis heeft een tweelettergrepige roep hu-iet). Het is de eerste zomervogel die half maart terug komt uit zijn overwinteringsgebied. Als hij eenmaal terug is begint hij onmiddellijk te zingen om zijn territorium af te bakenen. De mannetjes keren eerder terug dan de vrouwtjes. Pas in augustus en september, als ze gaan ruien, wordt het stiller. Soms hoor je in oktober ook nog Tjiftjaffen zingen. De Tjiftjaf broedt in verschillende types loofbos, gemengd bos, parken en tuinen. Het nest, dat bekleed wordt met veertjes, wordt gebouwd door het vrouwtje. Ze hebben één of twee broedsels per jaar en ze legt per broedsel 4 tot 9 eieren. Het vrouwtje broedt de eieren uit. De jongen worden door beide ouders gevoerd. Het voedsel bestaat uit insecten en hun larven die van de bladeren van bomen en struiken verzameld worden. In de wintermaanden trekken ze naar landen rond de Middellandse zee om daar te overwinteren. Hoewel een enkeling ook wel onze winter probeert te doorstaan. Omdat het echte insecteneters zijn valt dat in de winter niet mee!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten